We schrijven 9 weken na Daegu als ik na behandeling, hersteloefeningen en voorzichtige pogingen om te gaan lopen na terugval en terugval toch in het ziekenhuis terecht kom voor een echo. Symptomen zijn te wisselvallig, er moet meer aan de hand zijn. In Daegu wist ik dat ik een risico nam en het zomerseizoen op het spel zette. Als het dan zover (b)lijkt te zijn, is het toch een hele bittere pil.
De assistent radiologe (toevallig eene M. Bax) kan in eerste instantie niets vinden. Gelukkig vetrouwt ze het niet (de dokter had op aandringen van Fysio Marcel 'topsporter' op de aanvraag gezet) en roept de radioloog erbij. Hij vraagt waar de pijn over het algemeen zit en vergelijkt onder andere met het andere been. Conclusie er is een "echoarm gebied waargenomen ter hoogte van de myotendinogene overgang in de musculus gastrocnemicus (het diepe deel)." In de volksmond; overblijfselen van een scheurtje in de overgang van die kuitspier naar de de pees. Uiteraard weer zo'n gebied met weinig doorbloeding en diepliggend, dus door de bank genomen een nog langer herstel dan gebruikelijk voor een master atleet. Geen NK, maar dat hadden al velen gezien. Ik mag nu 2 weken de kuitspier helemaal niet (explosief) belasten. Dan start weer herstel. Mijn doel is om in de master competitiefinale er weer te staan, of beter te springen en sprinten, want met (langs de kant) staan ben ik zo langzamerhand wel klaar. Moeten de mannen van TION nog wel eerst die finale veilig stellen. Succes!!!!
Helemaal stil zit ik niet. In de eerste competitie wedstrijd heb ik de ploegleider mijn werpdiensten aangeboden. Niet dat ik de punten zou scoren, met Martin in topvorm, maar ik heb hem wel geprikkeld. Denk ik ;-). Mijn kogelstoten was goed (9.79m) en mijn discuswerpen fantastisch. Met 31.43m werd ik zelfs 5de in het werpveld met werpers die toch regelmatig een spanwijdte hadden van 2 meter en iets meer gewicht in de strijd konden gooien.